Verder nivelleren is onnodig
In weinig landen zijn de inkomensverschillen kleiner dan in Nederland.
Veelverdieners dragen een klijner deel van hun inkomen af aan de Belastingdienst dan de laagste inkomens. Het Centraal Planbureau (CPB) heeft uitgerekend dat de meeste Nederlanders rond de 40 procent van hun inkomen kwijt zijn aan belastingen en sociale premies. Voor de laagstbetaalden loopt dat echter op tot bijna 50 procent terwijl de 1 procent rijkste Nederlanders (dat zijn er zo’n 80.000) maar rond de 30 procent van hun inkomen aan belasting afdragen.
Dat is goed verklaarbaar. De rijken verdienen meer geld uit investeringen, en winst wordt lager belast dan inkomen uit arbeid. Ook doen rijkelui niet per se meer boodschappen, dus betalen ze in verhouding tot hun inkomen in totaal minder btw dan een gezin met een laag inkomen. Rijke Nederlanders zouden dus iets aan de scheve verhouding kunnen doen door meer te gaan eten, maar dan heb je weer een ander probleem.
Kaag wil ‘stappen maken’
Minister van Financiën Sigrid Kaag (D66) is niet blij: De verdelingseffecten zijn heel anders dan de bedoeling is.’ De sterkste schouders moeten volgens haar de zwaarste lasten dragen. ‘Als je volgens dat principe wilt werken, moeten we nog stappen maken.’
Maar we werken al volgens dat principe. Het inkomen van de 50 procent laagste inkomens wordt tot gemiddeld 129 procent aangevuld met toeslagen en sociale zekerheid. Iemand met een inkomen van 17.524 euro betaalt 9.695 euro belasting, maar ontvangt gemiddeld 22.541 euro van de staat. Vooral de uitgaven aan de bijstand en langdurige zorg zijn volgens het CPB sterk nivellerend. De hoogste inkomens maken daar veel minder gebruik van.
Nederland is al erg gelijk
Kaag kijkt alleen naar hoe de belastingen worden geheven, maar het is veel belangrijker hoe de opbrengsten wordt (her)verdeeld. De 10 procent rijkste Nederlanders verdienen 32 procent van het geld. Daar houden ze netto 25 procent van over. De onderste 50 procent verdient 19 procent van het geld, maar komen dankzij alle nivellerende maatregelen uiteindelijk op 29 procent uit.
Dat is internationaal vergeleken veel. Er zijn weinig landen met een gelijkere inkomensverdeling dan Nederland. We laten alleen de Scandinavische en voormalige Oostblok-landen voor. In Nederland zit je met tweeënhalf keer het gemiddelde jaarinkomen al in de top 10 procent. In Amerika moet je daarvoor vierenhalf keer het gemiddelde jaarinkomen verdienen. De kloof tussen arm en rijk is daar veel groter. Dan doen we het hier niet slecht.