De Nederlandse bevolking groeit als kool door immigratie
Sinds 2015 komen er ieder jaar 200.000 immigranten bij.
Nederland maakt een uitzonderlijke toestroom van immigranten mee: asielzoekers, Oekraïners, arbeidsmigranten, gezinsmigranten, studenten. Maar de uitzonderlijke bevolkingsgroei van 2022 staat niet op zichzelf. Die groei is al jaren gaande — en volledig toe te schrijven aan immigratie.
Over die bevolkingsgroei, de oorzaken en de gevolgen wordt door de meeste politieke partijen liever niet gesproken. In Wynia’s Week bespreek ik het vandaag wel.
Asielzoekers: het record van 2015 komt nabij
Het aantal asielzoekers blijft toenemen. In juli kreeg de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) 4.376 asielaanvragen. Een maand eerder waren dat er 3.979, in februari nog 2.517. De cijfers voor de zomermaanden zijn hoger dan in voorgaande jaren. In totaal zijn er dit jaar al 25.000 asielaanvragen ingediend. Dat is in zes maanden evenveel als in heel 2019. Het record van 2015, 45.000 asielzoekers, zou wel eens kunnen worden geëvenaard.
Dan worden de 74.000 Oekraïners die dit jaar naar Nederland zijn gekomen niet eens meegerekend. Zij hoeven namelijk geen asiel aan te vragen, en mogen hier sowieso tot maart 2023 blijven.
Net als in 2015 heerst er crisissfeer in de asielzoekerscentra. In Ter Apel, één van de twee plekken waar asielzoekers zich kunnen aanmelden (de ander is op Schiphol), sliepen dit weekend weer honderden mannen en enkele vrouwen buiten, en brak voor de tweede keer in twee weken tijd een vechtpartij uit.
Rhodia Maas, sinds februari de baas van de IND, heeft geopperd om asielzoekers eerder het ‘voordeel van de twijfel’ te geven. Het grondig behandelen van iedere aanvraag kost te veel tijd. Critici stellen dat Nederland nu al meer asielzoekers als vluchtelingen erkent dan andere landen. Het verruimen van de selectie zou tot een nog grotere toestroom kunnen leiden.
Staatssecretaris wil gemeenten dwingen
Het is niet alleen druk in Ter Apel omdat het aantal asielaanvragen toeneemt; de doorstroom naar reguliere asielzoekerscentra stokt, want ook die zitten vol. Staatssecretaris Eric van der Burg (VVD), verantwoordelijk voor asielzaken, wil gemeenten dwingen om meer asielzoekers op te nemen.
Gemeenten zijn doorgaans wel bereid om vluchtelingen uit Oekraïne op te vangen, maar op kansloze asielzoekers uit veilige landen zoals Algerije en Marokko, die vaak ook nog weigeren te vertrekken wanneer hun aanvraag wordt afgewezen, zitten vooral kleine gemeenten niet te wachten.
Huisvesting via de achterdeur
Dan is er ook nog eens te weinig plek voor zogenoemde statushouders: asielzoekers die mogen blijven. Wynia’s Week berichtte vorige maand dat het kabinet ook dwang wil inzetten om statushouders te huisvesten. Gemeenten zouden via de ambtelijke achterdeur van de 25 veiligheidsregio’s worden verplicht om deze immigranten voorrang te geven op sociale huurwoningen.
Dat gaat de burgemeesters van de grotere steden die het Veiligheidsberaad vormen wel erg ver. De veiligheidsregio’s zijn in het leven geroepen om letterlijk branden te blussen, niet om lastige gemeenteraden te omzeilen en woonbeleid te maken.
Waar komen asielzoekers vandaan?
Van de 25.000 asielzoekers die dit jaar in Nederland zijn aangekomen, kwamen er 10.000 uit Syrië, bijna 2.000 uit Turkije, 1.750 uit Afghanistan en 1.500 uit Jemen. Veilige landen, zoals Algerije, Marokko, Nigeria en Pakistan, zijn goed voor enkele tientallen asielzoekers per maand.
De meeste asielzoekers zijn mannen: slechts één op de vijf is vrouw. Iets meer dan de helft van de ‘nareizigers’ is vrouw. Mannen reizen af naar Europa om asiel aan te vragen en laten hun gezin overkomen als ze een verblijfsvergunning krijgen.
In de opvang liggen de verhoudingen niet anders. Het Centraal Orgaan Opvang asielzoekers (COA) biedt onderdak aan 28.000 asielzoekers en 16.500 statushouders, een stijging van 60 procent ten opzichte van een jaar geleden. Daarvan is bijna driekwart man en de helft tussen de 18 en 40 jaar oud. De grootste groep, 15.000, komt uit Syrië.
Het afgelopen jaar is noodopvang gevonden voor 28.000 asielzoekers en statushouders. Zo verblijven in WTC Expo in Leeuwarden tijdelijk 600 vreemdelingen, zijn in het Fletcher Hotel in Apeldoorn 161 bedden vrijgemaakt en biedt het schip de Horizon in Rotterdam onderdak aan 85 buitenlanders.
Voor Oekraïense vluchtelingen zijn aparte opvanglocaties. 54.000 van de 74.000 Oekraïners in Nederland worden door de overheid opgevangen. De rest zit bij gastgezinnen of kennissen in huis, of heeft zelf een woning gevonden.
Hoe zit het elders in Europa?
Niet alle Europese landen houden hun asielcijfers even nauwkeurig bij als Nederland. Alleen voor het eerste kwartaal heeft Eurostat de cijfers van alle lidstaten. Daaruit blijkt dat in drie maanden tijd 200.000 asielaanvragen zijn gedaan. In heel 2021 waren dat er 630.000. De toename in Nederland, die vorig jaar zomer begon, staat dus niet op zichzelf. Ook in andere Europese landen komen de meeste asielzoekers nog steeds uit Syrië.
Nederland kreeg vorig jaar 4,2 procent van alle Europese asielaanvragen. In de eerste drie maanden van dit jaar zakte het Nederlandse aandeel naar 3,3 procent. Dat verhoudt zich redelijk met ons aandeel van de Europese bevolking: 3,8 procent. Oostenrijk kreeg in dezelfde periode 5,4 procent van de Europese asielaanvragen, Zweden 2,9 procent. Duitsland, Frankrijk en Spanje nemen veel meer asielzoekers op.
Het Nederlandse aandeel in de totale Europese immigratie — tussen de 3 en 4 miljoen personen per jaar — is wel iets hoger: 4 tot 6 procent.
Wie is een immigrant?
Oekraïners worden gezien als ‘immigranten’, ook al zijn ze niet van plan zich permanent in Nederland te vestigen. Iedereen die zich bij de gemeente inschrijft en voor minstens vier maanden in Nederland verblijft, is volgens de statistieken immigrant.
Het Associatieverdrag met de Europese Unie dat in 2014 leidde tot de val van president Viktor Janoekovytsj, en het begin van de oorlog in de Donbas, geeft Oekraïners het recht om 90 dagen zonder visum in de EU te verblijven. Sinds de Russische inval in februari is die periode tot een jaar verlengd.
De grootste groep reguliere immigranten, 53 procent, komt uit de rest van de EU. Dat zijn vooral arbeids- of kennismigranten: van Polen en Roemenen die in de kassen werken tot tandartsen uit Portugal en Spanje. De grootste groep niet-Europese immigranten komt voor gezinshereniging naar Nederland, vooral de echtgenoten en kinderen van Syrische en Turkse statushouders.
Asielzoekers worden officieel immigrant op het moment dat ze een verblijfsvergunning (status) krijgen. Dan mogen ze hun gezin laten overkomen. In voorgaande jaren was ongeveer één op de vijf immigranten student.
In totaal kwamen er in de eerste helft van dit jaar bijna 200.000 immigranten naar Nederland, een verdubbeling ten opzichte van voorgaande jaren. De emigratie was 72.000. Het aantal geboorten is vrijwel gelijk aan het aantal sterfgevallen, waardoor de bevolkingsgroei van 120.000 bijna geheel aan immigratie is toe te schrijven.
Dat is een versnelling van een trend. De natuurlijke aanwas van de Nederlandse bevolking daalt sinds 2009 ieder jaar. In 2020 bestond de bevolkingsgroei voor het eerst geheel uit het migratiesaldo: meer immigranten dan emigranten.
Den Haag schuift weg
De immigratiegolf en de daaruit voortvloeiende bevolkingsgroei schuurt met grote problemen waar Nederland mee worstelt: zoals de stikstofkwestie en de woningnood.
Zelfs, wellicht minder voor de hand liggend: de personeelstekorten. Het ruime aanbod goedkope arbeidskrachten uit het Midden-Oosten, Noord-Afrika en Oost-Europa heeft er volgens de Arbeidsinspectie toe geleid dat bedrijven niet investeren in betere arbeidsvoorwaarden en technologische innovatie, noch de moeite nemen om ouderen en gehandicapten in dienst te nemen. Laaggeschoolde immigratie lost de krapte op de arbeidsmarkt niet op, maar houdt juist langetermijnoplossingen tegen.
Dergelijke verbanden worden in Den Haag zelden gelegd. Het kabinet-Rutte heeft de bevolkingsgroei door middel van een staatscommissie op de lange baan geschoven. Die commissie moet eind volgend jaar met bevindingen komen. Tegen die tijd komen — als het kabinet het al zo lang volhoudt — de Tweede Kamerverkiezingen alweer in zicht, gepland voor maart 2025. De bevolkingsgroei wordt zo in feite doorgeschoven naar de volgende kabinetsperiode.